Mijn zoon wordt s’nachts niet wakker en plast in bed. Slaapt hij dan te diep?
Het is algemeen bekend dat kinderen die in bed plassen’s nachts niet wakker worden als ze moeten plassen. Vele jaren heeft men gedacht dat een bedplasser te diep slaapt, maar uit recent onderzoek is gebleken dat bedplassers slecht slapen: ze worden regelmatig wakker, maar niet helemaal. Ook lijken ze in hun slaap vaak te bewegen met hun armen of benen, een signaal dat kan wijzen op een poging tot ontwaken.
Mijn kleinkind van 6 jaar plast nog steeds in bed. Zijn ouders hadden dit probleem ook. Is bedplassen een erfelijke aandoening?
Bedplassen is duidelijk een erfelijke aandoening. In ongeveer 70% van de gevallen heeft op zijn minst één van de gezinsleden te maken (gehad) met hetzelfde probleem als het kind. Bv. indien de moeder als kind in haar bed plaste dan is de kans 7 keer groter dat haar kind ook enuresis heeft. Er is nog geen specifiek gen gevonden dat enuresis veroorzaakt, maar hier wordt momenteel wel onderzoek naar gedaan.
Mijn buurman zegt dat het bedplassen van mijn kind waarschijnlijk komt door een psychisch probleem. Klopt dat?
Nee. Enuresis heeft geen directe psychologische oorzaak. Andersom kan enuresis wel tot psychische problemen leiden, waarbij vooral het zelfvertrouwen wordt geschaad. Deze gevolgen verdwijnen weer na een geslaagde behandeling van enuresis. Alleen bij een late manifestatie van enuresis (= secundaire of ’late-onset’ enuresis) is er een verband met een verhoogd risico op gedragsproblemen zoals ADHD. Psychische problemen en gedragsproblemen moeten altijd onafhankelijk van de enuresissymptomen worden aangepakt.
Wat zijn de belangrijkste oorzaken van bedplassen en is het mogelijk om de onderliggende oorzaak bij mijn kind te achterhalen?
Een te hoge urineproductie’s nachts (= nachtelijke polyurie) en een verminderde blaascapaciteit gedurende de nacht zijn de twee belangrijkste oorzaken van bedplassen. Het is belangrijk om te weten dat er bij een kind sprake kan zijn van beide oorzaken op hetzelfde moment. Met behulp van een eenvoudige berekening is het mogelijk om zelf vast te stellen welke van deze twee factoren een rol spelen bij uw kind. Aan de hand van een soort kalender (het zogehetenmictiedagboek) bepaalt u het grootste uitgeplaste volume en (door deze met gepubliceerde normaalwaarden te vergelijken) kunt u te weten komen of uw kind een ’verminderde blaascapaciteit’ heeft.
Door bij u thuis het nachtelijke urinevolume bij te houden, is het mogelijk om te bepalen of uw kind last heeft van nachtelijke polyurie. Bij deze methode wordt een luier voor het slapen gaan gewogen en opnieuw de volgende morgen. Het verschil in gewicht van de luier plus het volume aan urine dat als eerste ‘s morgens wordt uitgeplast, vormen samen het totale urinevolume die tijdens de nacht geproduceerd werd.. Er zijn internationaal aanvaarde normaalwaarden beschikbaar om te bepalen of er sprake is van nachtelijke polyurie (te veel urine produceren tijdens de nacht).
Waarom moeten we met deze aandoening naar de huisarts?
Hoewel er bij de meeste kinderen die vanaf hun geboorte in bed plassen geen onderliggende ziekte aanwezig is ter hoogte van het zenuwstelsel dat de blaasfunctie controleert of ter hoogte van de urinewegen zelf, moeten dit soort aandoeningen wel eerst worden uitgesloten door uw huisarts. De huisarts kan dan ook vaststellen of bedplassen het enige probleem is of dat er nog andere problemen zijn die de aandacht vereisen, zoals overdag in de broek plassen, signalen die duiden op een ’overactieve blaas’ (regelmatig een sterke aandrang tot plassen hebben), incontinentie (ontlasting) en constipatie, of terugkerende infecties van de urinewegen. Dit soort aandoeningen moet altijd eerst worden verholpen voordat de behandeling van bedplassen kan worden gestart.